De boomklever bij de fotohut, het vrouwtje.
De boomklever is een korte, dikke en actieve vogel met een krachtige puntige snavel. Hij is vrijwel in geheel Europa een tamelijk algemene standvogel. De opvallende en helder klinkende roep is vaak de eerste aanwijzing van zijn aanwezigheid. In de winter is hij een geregelde bezoeker van tuinen waarin pinda's worden aangeboden.
Eerst nog even afwachtend, daarna vond ze het veilig om een bad te nemen.
Na het baden is het tijd om de veren glad te strijken.
Het gladstrijken van de veren is nodig om ze in goede conditie te houden. Dit gladstrijken van de veren begint de vogel door de snavel over een stuitklier onderaan de staart te wrijven. Iedere vogelliefhebber kan dit tafreel met grote regelmaat waarnemen bij z'n eigen vogels. De stuitklier produceert een wasachtige stof. De vogel verspreidt deze stof over een aantal veren door de snavel als spatel te gebruiken en er vervolgens al knabbelend de veren doorheen te halen. Door toepassing van deze methode maakt de vogel gekreukelde baarden weer recht, verwijderd hij vuil van de veren en zorgt hij ervoor dat de haakjes weer op hun plaats vallen. Vogels werken op deze wijze hun lichaam in etappes af en besteden speciale aandacht aan de slagpennen.