Vanmorgen fietste ik naar De Malpie in Valkenswaard. De tellers stond thuis weer op bijna op 70 Km. Op De Malpie is er de laatste jaren veel veranderd. Het Groot Malpieven in opgeknapt. In de buurt van het Groot Malpieven, dat compleet is gerenoveerd, zijn zandverstuivingen te zien. Veel zandpaden zijn nog alleen toegankelijk voor wandelaars, niet meer voor de fiets, niet met de mountainbike en niet met de familiefiets. Ik moest dus een stuk met de fiets aan de hand een pad op wandelen om foto's te maken. Met de fiets aan de hand ben je volgens de verkeerswet immers een voetganger.
Als je vanaf De Venbergse Molen de Malpie in fiets hoef je niet te twijfelen waar je naartoe fietst.
Aan de noordzijde van de Malpie is de Venbergse Watermolen te vinden. Hij wordt voor het eerst vermeld in 1227, als gedeeld bezit van het vrouwenklooster in Postel en de Hertog van Brabant. Na de opheffing van dit klooster kwamen de meeste goederen aan de Norbertijnenpriorij in Postel. In 1345 werd de priorij volledig eigenaar van de molen. In 1716 nam de Raad van State in Den Haag de watermolen in bezit en liet hem in 1740 samen met diverse andere voormalige Postelse goederen openbaar veilen. Zo kwam de molen in handen van een zekere Poulus. In de 19e eeuw kwamen de molenaars uit de families Verheijen, Thijs, Loos en Van Poppel. Sinds 1918 leverde de familie Rietra de molenaar. Tot in het begin van de 20e eeuw was de Venbergse molen zowel een korenmolen als een oliemolen, elk aangedreven door een eigen waterrad. Rond 1900 is het rad van de oliemolen verwijderd. Het huidige gebouw en het bijbehorende molenaarshuis dateren van rond 1895. Begin jaren ’70 moest het molenhuis worden gestut, omdat het dreigde te verzakken. In de jaren 1973-1977 werd het daarop grondig opgeknapt.
De Venbergse Watermolen uit 1895 is al jaren een monument
De uitbater van het terras tegenover de watermolen (Toeristenoord Venbergen), Jack Rietra tapte 30 oktober 2022 de laatste trappist voor zijn klanten. Na 68 jaar horeca met een druk bezocht terras aan De Dommel stopt hij met zijn familiezaak. Rietra, die 68 jaar is, vind het na vijftig jaar werken mooi geweest. Bovendien is hij alle regeltjes voor het uitbaten van een horecazaak helemaal zat. Hij wordt weer molenaar, maar dan puur als hobby. Na de Tweede Wereldoorlog viel er met de molen geen droog brood meer te verdienen. De vader van Jack besloot daarom om met horeca te beginnen. Aanvankelijk nog heel bescheiden. Maar in 68 jaar tijd is het uitgegroeid tot een van de populairste terrassen van Valkenswaard en verre omstreken.
Het iconisch terras aan de Venbergse Molen aan de Dommel is sinds vorig jaar defenitief gesloten.
De Venbergse Molen aan de Molenstraat is vaak het eindpunt voor kanovaren over de Dommel. PUUR Kanoverhuur Valkenswaard organiseerd op de Dommel kanotochten vanaf Borkel en neerpelt. De rivier stroomt tussen de heide en de Malpiebeemden door. Deze bestaan uit gras moerasbosjes en moeras. Het beekdal, dat de meest zanderige bodem afwisselt met venige en lemige plekken, is een fraaie en vloeiende overgang naar de lagergelegen dekzanden van de eigenlijke Malpie. Overige recreatie: vanaf de Molenstraat loopt er een fietspad dat uitkomt in Borkel en Schaft en er zijn wandelroutes over de heide en door de bossen.
Natuurgebied en recreatiegebied De Malpie is gelegen in de gemeente Valkenswaard, net onder Eindhoven. Dit groene natuurreservaat in Zuid-Oost Brabant bestaat uit twee delen. De Malpiebeemden die tussen Borkel en Schaft en Valkenswaard ca. 217 hectare in beslag nemen en de Malpiebossen van ca. 400 hectare waarvan ongeveer 120 hectare aan heide en vennen, welbekend en geliefd als wandel- en fietsroute. Het bos was ooit een productiebos voor de mijnbouw. Men gebruikte het hout voor de schachten en om te stutten. Gedurende de tijd heeft het een natuurlijk karakter gekregen in de vorm van een loofbos. Inheemse boomsoorten zoals eiken en berken komen in de plaats van Douglassparren. Dood hout blijft liggen om insecten aan te trekken. De fauna heeft zich dan ook verrijkt. Vleermuizen zoals de Grootoor en Franjestaart, spechten als de Grote Bonte en Groene Specht hebben hun habitat gevonden.
Het Groot Malpieven (of Malpie ven zoals op het plaatselijke infobord staat) is het grootste ven op de Malpie
De meeste bekendheid geniet het natuurgebied dankzij de grote heide, een van de laatste heidegebieden van Noord-Brabant en de talrijke vennen zoals de grotere varianten als het Molenven, Pastoorven, Wasven, Vaarven en het Groot Malpieven. De eerste twee zijn waarschijnlijk ooit bedoeld als visvijvers. Bijzondere plantensoorten die we tegen kunnen komen zijn o.a. de vleesetende Zonnedauw, Moeraswolfsklauw en in de maand augustus bloeit de zeldzame Klokjesgentiaan. Het dierenleven is tevens rijk, denk aan de levendbarende hagedis, Phegeavlinder, het Gentiaanblauwtje, de Pad, de Heikikker en vogels als de Roerdomp, Blauwborst, Havik, Waterral, Boomleeuwerik, Roodborsttapuit, Kuifmees, Kruisbek, Wielewaal, IJsvogel en spechten (bijv. Zwarte Specht).
Andere vennen hebben een natuurlijke ontstaansgeschiedenis omdat ze zijn ontwikkeld tot stroomdalvennen in contact met het Dommeldal dat in de buurt is gelokaliseerd; rivier de Dommel stroomt dwars door De Malpie. In de buurt van het Groot Malpieven, dat compleet is gerenoveerd, zijn zandverstuivingen te zien en veel vennen worden bevolkt door Kokmeeuwen.
Fietspad vanaf die Molenstraat naar Borkel en Schaft
Wie vanaf die Molenstraat over het fietspad naar Borkel en Schaft fietst, komt uit bij de brug over Dommel in Schaft. Wie verder wil fietsen kan zo naar de Achelse Kluis. De Achelse Kluis verwijst naar de Abdij van Achel als naar het Vlaamse natuurgebied in de gemeente Hamont-Achel. Het natuurgebied ligt aan de Warmbeek, de beek die in Nederland Tongelreep heet. Het klooster Achelse Kluis, officieel de Onze-Lieve-Vrouw-van-La-Trappevan-de-Heilige-Benedictus, ligt precies op de grens van Nederland en België. Oorspronkelijk stond hier een grenskerk waar katholieken uit Nederland naar de mis konden gaan, toen de katholieke eredienst in de 17e eeuw in Nederland voor lange tijd verboden was. Vanaf 1846 zat er een gemeenschap van trappistenmonniken in het klooster. In 2017 resteerden er nog slechts twee broeders en werd er gespeculeerd over de toekomst van de Achelse Kluis. Sinds 2018 heeft de christelijke leefgemeenschap Fazenda da Esperança uit Brazilië de plaats van de trappisten ingenomen.