zaterdag 17 juni 2017

De Grasmus (Sylvia communis)

De Grasmus (Sylvia communis) is een zangvogel uit de familie van zangers (Sylviidae). In deze tijd van het jaar hoor je wel veel zangvogels in de natuur, maar zitten ze verscholen achter het boomblad. Soms zie je er een paar uit of in een boom of struik vliegen, maar dan zijn ze weer aan het oog ontsnapt. Soms zijn ze toch te fotograferen, zoals vandaag. Het was een grasmus di alsmaar zat te roepen in het struweel. Dan is het geduldig wachten tot ze achter het boomblad vandaan komen.

Zang is kenmerkend, op en neer gaand riedeltje, tamelijk scherp en krassend. Zit veel variatie in. Roep (audio player) o.a. een karakteristiek hees tsjèrrr.

De lichaamslengte bedraagt 14 cm. Beide partners zijn vaak zeer verschillend. In de lente toont het mannetje zich erg opgewonden, terwijl hij van tak tot tak vliegt, zijn staart uitspreidt en de kuif opricht. Zijn zang is afwisselend met noten die de vogel haastig uitstoot, wanneer hij trillend uit een heg opvliegt en er zich dan terug in laat vallen. Deze vogels nestelen in struikgewas en heggen, vaak aan de rand van akkers of weiden, maar ook in tamelijk hoog onkruid en in braamstruiken langs sloten, wegen en spoordijken is de vogel te vinden. Het voedsel bestaat uit insecten, bessen en vruchten.

De grasmus is geen opvallende vogel, maar de zang en de zangvlucht wel. Grasmussen zijn 'pioniervogels van de allereerste bosstadia, met opslag van struweel, in allerlei landschappen. Soms ook in pure ruigte met alleen hoge kruiden te vinden. Ondanks zijn naam is de grasmus niet verwant aan de huismus. De 'familie' van de grasmussen is vooral een in het zuiden van Europa en in Afrika voorkomende groep vogels. Hiervan heeft de grasmus veruit het grootste verspreidingsgebied.


Net als de braamsluiper heeft de grasmus een opvallende witte keel, maar wel een iets lichter grijze kopkap. Het grootste verschil met de braamsluiper is de roestoranje kleur van de vleugel. De rug is ook bruin, met iets meer oranje tint. De poten zijn oranje (grijs bij de braamsluiper), en het mannetje heeft een opvallende roze borst en een grijze kopkap.