De jonge koolmees kan zelfstandig aan eten komen, maar vraagt toch om gevoerd te worden.
De eerste dagen nadat ze uitvliegen bedelen jonge koolmezen bij de ouders steeds om voedsel en blijven de ouders in het eigen territorium. Binnen een week kunnen de jonge mezen zelf bladluizen en kleine insecten vangen, maar bedelen ook bij oudermezen. Het maakt dan niet uit of dit eigen ouders of andere ouders zijn. Jonge mezen van verschillende nesten zullen zich dan met elkaar vermengen en verder weg trekken vanaf de geboorteplek.
Jongen koolmezen zitten 18 tot 21 dagen op het nest. Nadat ze zijn uitgevlogen, worden de jongen nog 2 tot 3 weken gevoerd. Koolmezen eten rupsen, andere kleine insecten (tot circa 1 cm lengte), beukennootjes en andere zaden. Koolmezen zijn ook vaak te vinden op voedertafels, zeker wanneer pinda's en zonnebloempitten worden gevoerd.