Vanmorgen zaten er vier Knobbelzwanen in Reusel op het Beleven. Het was regenachtig, met zo nu en dan wat lichte regen. Voor de watervogels zal dat geen probleem zijn, hoewel er bij goed weer veel meer activiteit is op en buiten het water. Vogels houden, net als wij mensen van zonnig weer, maar zij leven in de natuur en passen zich daar op aan.
De knobbelzwaan is een grote sierlijke witte watervogel. Geheel wit verenkleed. Poten zwart of vleeskleurig ('Poolse zwaan', gekweekte vorm). Jonge knobbelzwanen komen in twee varianten voor: met een bruin verenkleed en een wit verenkleed ('Poolse zwaan'). Brede, platte, oranje snavel. Het mannetje heeft een grote zwarte knobbel boven de snavelbasis.
Knobbelzwanen komen overal voor waar zoet water is. Ze broeden in laaggelegen delen van het land, vooral in open graslanden met veel sloten in het veenweidegebied. Ook wel in parken. Ze ruien buiten de broedtijd op open water, zoals de Veluwerandmeren, het IJsselmeer en in de Delta. Niet-broeders zijn ook veel op weilanden te zien.
Het voedsel van de knobbelzwaan bestaat uit waterplanten en waterdiertjes. Zwanen zijn met hun lange hals gespecialiseerd in het grondelen naar waterplanten op diepten waar grondelende eenden niet meer bij kunnen. Verder eten ze gras.