zaterdag 20 mei 2017

De Fitis op zoek naar wormpjes

De fitis broedt op de grond en zoekt zijn voedsel in struwelen. De fitis laat zich binnen deze groep moeilijk onderscheiden van de tjiftjaf. Behalve de de wel goed herkenbare zang, is de fitis ook te herkennen aan de lichter, bruinere pootjes. De fitis heeft ook langere vleugels dan de tjiftjaf.


Meest gebruikte roep lijkt op tjiftjaf maar is lager, langgerekter en meer tweelettergrepig.

Zang van de fitis helder dalend riedeltje van zoete, melancholieke klanken. Meest gebruikte roep lijkt op tjiftjaf maar is lager, langgerekter en meer tweelettergrepig. Lijkt erg op roep van gekraagde roodstaart. De Tjiftjaf zingt zijn eigen naam, meestal een oplopend "fwiet", ook wel een dubbel "tsju-lie".

De fitis broedt op de grond of laag in de begroeiing, meestal in droge tot vochtige halfopen landschappen met voldoende opslag, van heide tot bos, moeras en agrarisch gebied. Hij verdedigt zijn territorium op agressieve wijze ten opzichte van soortgenoten. Verblijft in droge tot vochtige halfopen landschappen: heide, bos, agrarisch gebied. Hoewel de fitis laag bij de grond broedt, heeft hij struweel nodig om te foerageren. Vooral insecten, kleine wormpjes, larven, en wat plantenmateriaal. Foerageert lager in struweel dan tjiftjaf.