Deze Waterral beweegt snel heen en weer als hij visjes aan het vangen is.
De waterral (Rallus aquaticus) is een vogel uit de familie van rallen (Rallidae). De waterral wordt ongeveer 22 tot 28 cm lang. Het verenkleed bestaat uit een kastanjebruine bovenzijde met zwarte strepen en een blauwgrijze onderzijde met gestreepte flanken en een witte onderstaart. Verder heeft de vogel een lange, dunne snavel, rode ogen en rozebruine poten. Het voedsel bestaat uit insecten, spinnen, regenwormen, zoetwaterkreeftjes, plantenwortels, zaden, bessen, visjes en kikkers.
De waterral is een wat geheimzinnige, schaarse broedvogel in Nederland. Hij laat zich zelden zien, maar je kan hem wel horen. Uit het moeras klinkt wel eens z'n gegil als een speenvarken. Een deel van de waterrallen blijft het hele jaar in ons land. In de winter langs bevroren rietrandjes zijn ze dan goed te zien. Waterrallen zijn donker gekleurd met een rode lange snavel. Vliegen doen ze zelden bij verstoring, ze verdwijnen liever al lopend uit het gezichtsveld.
Moerasgebieden met riet en drassige plekken, langs rivieren en meren in rietkragen ook in stadsparken met riet. In de winter ook bij afwateringskanalen en andere plaatsen waar nog open (stromend) water te vinden is.