Beide ouders voeden de jonge kuikentjes en houden het nest schoon. Aanvankelijk worden de jongen vooral met bladluizen gevoerd, later krijgen ze ook andere ongewervelden te eten. Na 20 tot 26 vliegen de juvenielen uit. Als de jongen wat ouder worden komt er behoorlijk wat gekwetter uit het spechten nest. Dit bedelgedrag zet de ouders aan tot voeren. Na drie weken vliegen de jongen uit.
Nadat de juvenielen het nest hebben verlaten, wordt de kroost doorgaans in twee groepen verdeeld, elk begeleid door een van de ouders. De jongen worden nog acht tot elf dagen gevoerd, waarna ze in de nabije omgeving disperseren. Aan het einde van zijn eerste levensjaar is een middelste bonte specht geslachtsrijp. De gemiddelde generatielengte bedraagt 5,2 jaar.