dinsdag 17 december 2019

Paarse korstzwam (Chondrostereum purpureum)

In Netersel bij mijn fotohut groeit de Paarse korstzwam een deels afgezaagd boompje. Voor het tweede jaar achter een groeit de Paarse korstzwam op de stam. Het is een parasiet, die infecties via wonden loodglans (loodglansschimmel) veroorzaken. De loodglansziekte die de zwam veroorzaakt wordt op kleine schaal gebruikt bij de biologische bestrijding van Amerikaanse vogelkers (Prunus serotina).

Paarse korstzwam (Chondrostereum purpureum)

De paarse korstzwam (Chondrostereum purpureum), purperkorstzwam of loodglansschimmel is een paddenstoel uit de familie Cyphellaceae. De soort lijkt op een elfenbankje, maar is paars en aan de rand wit gekleurd. De randen zijn golvend en wit donzig behaard. De onderzijde is glad, donkerbruin of bruin-violet tot bruin. De zwam wordt carpophores genoemd en wordt in de herfst gevormd bij een hoge relatieve luchtvochtigheid met veel regen, mist of dauw en een temperatuur van 10 °C. Hieruit ontstaan de basidiosporen, die bij infectie via wonden loodglans veroorzaken. Zo genoemd omdat de bladeren een loodachtige kleur krijgen als de schimmel de boom heeft aangetast.

De purperkorstzwam wordt gevonden als saprofyt op dood hout van allerlei loofbomen en als parasiet op levende bomen en struiken uit de rozenfamilie. Het veroorzaakt op vruchtbomen loodglansziekte, onder andere bij de pruim en kers. De purperkorstzwam komt het gehele jaar voor en is een algemene verschijning. Het vruchtlichaam heeft een doorsnede van 2-4 cm, is dun en leerachtig. De korsten hebben een opstaande rand. De bovenkant is voorzien van groeven, is viltig en licht grijsachtig geelbruin. De onderkant is lila tot purperkleurig. Later wordt de onderkant meer bruinachtig. Bij een korst zit het hymenium aan de bovenzijde en is aan de violette kleur te herkennen.