Eergisteren fotografeerde ik een aantal Krulhaarkelkzwammetjes op aangeven van Boswachter Frans Kolsters van Brabants Landschap. Vanmorgen zag ik nog een takje met deze mooie kelkzwammetjes. Deze vond ik op een andere plaats. Welleswaar ook binnen natuurgebied Grijze Steen, dat behoord tot het beekdal van de Groote Beerze.
Kelkzwammen behoren zonder twijfel tot de mooiste zakjeszwammen of ascomyceten. In het winterse bos waar donkere kleuren domineren zijn kelkzwammen een lust voor het oog met hun rode kelken en lichtere buitenkanten. In Nederland komen met zekerheid twee soorten kelkzwammen voor; de Krulhaarkelkzwam en de Rode kelkzwam. Beide soorten zijn rood en kleurvariaties komen (zeldzaam) voor. De twee Nederlandse kelkzwamsoorten leven op loofhoutsoorten die in een reeds gevorderde staat van vertering verkeren. De toename van kelkzwammen wordt wel geweten aan de veranderde inzichten van het bosbeheer waarin plaats is voor meer dood hout in de bossen.
De Krulhaarkelkzwam heeft rode, bekervormige saprofiet op verterend loofhout tijdens de winter. Groeit op wilg en els in loofbossen op vochtige, voedselrijke grond. De naam Krulhaarkelkzwam roept de gedachten op dat de kelkrand behaard moet zijn. Dat is ook zo, maar de haren aan de buitenzijde van de kelk van de Krulhaarkelkzwam zie je alleen onder een microscoop. De Krulhaarkelkzwam staat vanwege het zeldzame voorkomen op de Rode lijst van bedreigde paddenstoelen in Nederland. De Krulhaarkelkzwam (Sacroscypha austriaca) en de sterk gelijkende Rode Kelkzwam s.s. (Sarcoscypha coccinea s.s.) kunnen alleen door middel van de microscoop van elkaar worden onderscheiden. Zonder microscopisch onderzoek wordt een soort verzamelnaam gebruikt, door beide als Rode Kelkzwam s.l. (Sarcoscypha coccinea s.l.) te vermelden. De Krulhaarkelkzwam komt in ons land meer voor dan de Rode kelkzwam.
De twee soorten kelkzwammen zijn in het veld niet met zekerheid uit elkaar te houden. Bij gericht onderzoek naar bijvoorbeeld de verspreiding van de twee soorten moet de microscoop er aan te pas komen. Het verschil in microscopische details tussen de Rode en Krulhaarkelkzwam werden in het natuurbericht van 5 maart 2014 uit de doeken gedaan. Er is ook nog een onvruchtbare of anamorfe vorm bekend van de Rode kelkzwam die door de mycoloog Marin Molliard in 1904 voor het eerst werd beschreven als Molliardiomyces eucoccinea. Het schijnt een waar huzarenstukje te zijn om deze onopvallende anamorfe Rode kelkzwam te vinden. Van het voorkomen van de anamorfe vorm van de Krulhaarkelkzwam is niets bekend. De Krulhaarkelkzwam komt in Nederland meer voor dan de Rode kelkzwam. De Krulhaarkelkzwam is vrij algemeen, de Rode kelkzwam is matig algemeen. Op wereldniveau geven de verhoudingen in het voorkomen echter een heel ander beeld.