maandag 8 juli 2019

Viervlek op Groot Meer Vessem-Wintelre

Door het spoelwater dat Brabant Water in het Groot meer tussen Vessem en Wintelre loost, is het water kalkrijk. Daardoor is de verzuring die in de meeste vennen van Noord-Brabant is opgetreden geneutraliseerd. Hierdoor is er een bijzondere plantengroei, waaronder oeverkruid, naaldwaterbies, gesteeld glaskroos, pilvaren en klein blaasjeskruid. Maar ook veel libellen, zo als deze Viervlek (Libellula quadrimaculata), genoemd naar het aantal vlekken per vleugelpaar.

Het achterlijf aanhangsel van de Viervlek man (Libellula quadrimaculata) wijkt niet uit een.

Algemene oranjebruine libel met een relatief kort en plat achterlijf. In het verleden zijn er zwerfvluchten geweest van miljoenen dieren. De agressieve mannetjes verdrijven rivalen met snelle aanvalsvluchten, bijvoorbeeld vanaf een dode stengel. Op het moment dat ze stilzitten is de zwarte vlek op de knik van de vleugelvoorrand kenmerkend.

Bij stilstaande wateren met een rijke waterplantvegetatie. Hoogste dichtheden in voedselarme vennen en hoogvenen

Het achterlijf aanhangsel van de Viervlek vrouw (Libellula quadrimaculata) wijkt wel uit een.

Sinds 1952 worden de vennen gebruikt voor de berging van spoelwater dat vrijkomt bij de bereiding van drinkwater in het nabijgelegen Pompstation Vessem. Wel bevat het spoelwater verontreinigingen. Tegenwoordig worden deze bezonken in het Kleinmeer, waar het water ook door riet wordt gezuiverd. Vervolgens komt het in een stelsel van bezinksloten om ten slotte te verblijven in een voorbassin dat met een aarden wal is afgescheiden van het Grootmeer. Van daar wordt het dan binnengelaten. De vennen kunnen in natte tijden hun water lozen op de Kleine Beerze.

De waterstand van beide vennen Grootmeer kan van nature sterk wisselen, en in droge zomers is droogvallen niet ongewoon. De verdroging van de omgeving heeft echter dermate ernstige vormen aangenomen, dat Groot- en Kleinmeer gewoonlijk droogliggen wanneer de aanvoer van spoelwater wordt onderbroken.