woensdag 24 juli 2019

Badende vogels in de zon of in het water

Vogels baden om de warmte kwijt te raken, en om zich te ontdoen van stof en / of parasieten. Dat kan baden in de zon zijn, maar ook baden in het water. Het is niet zo dat de ene vogel in het water baadt, en de ander enkel zonnebaadt. Het kan beide. Verkoeling vinden ze natuurlijk in het water, maar als ze van de parasieten af willen gaan ze vaak met  gespreide vleugels in de volle zon liggen.

De Zwartkop vrouw ligt met gespreide vleugels in de volle zon. Van de warmte gaan de parasieten op de loop.

Veren zijn erg belangrijk voor vogels en hebben meerdere functies zoals vliegen, isolatie, camouflage of pronken en het afstoten van water. Vogels zijn er dan ook zuinig op en poetsen hun veren uitvoerig. Tijdens het poetsen worden stof, vuil en parasieten verwijderd. Vogels zitten of liggen ook vaak met gespreide vleugels vol in de zomerzon. Heel warm natuurlijk, maar door de hoge temperatuur nemen luizen en mijten de benen. Het wordt ze te heet onder de voeten. Dat is de vogel wel even wat hijgen en puffen waard.

De Koolmees en de Tjiftjaf (half verscholen achter de steen) baden ook in de zon om parasieten vrij te geraken.

Tijdens het baden in water worden voornamelijk stof en vuil verwijderd. Daarna wordt het verenkleed ingevet of geolied, zodat de veren flexibel en waterafstotend blijven. Als ze gebaad hebben moeten de veren nog even glad gestreken worden. Daar nemen ze ook de tijd voor. Met ‘wax’, afkomstig van een klier bij de staart, worden de veren ingevet om waterafstotend te maken. Het gladstrijken van de veren is nodig om ze in goede conditie te houden. Dit gladstrijken van de veren begint de vogel door de snavel over een stuitklier onderaan de staart te wrijven. Het stof en de parasieten die tijdens het wassen niet weggespoeld zijn worden alsnog van de veren weg gewreven.

Deze Merel juveniel nam een verkoelend bad, waarbij ook stof en vuil weggespoeld werd.

Veren zijn erg belangrijk voor vogels en hebben meerdere functies zoals vliegen, isolatie, camouflage of pronken en het afstoten van water. Vogels zijn er dan ook zuinig op en poetsen hun veren uitvoerig. Tijdens het poetsen worden stof, vuil en parasieten verwijderd. Vervolgens wordt het verenkleed ingevet of geolied, zodat de veren flexibel en waterafstotend blijven.

Als ze gebaad hebben moeten de veren nog even glad gestreken worden. Daar nemen ze ook de tijd voor. Met ‘wax’, afkomstig van een klier bij de staart, worden de veren ingevet om waterafstotend te maken. Het gladstrijken van de veren is nodig om ze in goede conditie te houden. Dit gladstrijken van de veren begint de vogel door de snavel over een stuitklier onderaan de staart te wrijven. Het stof en de parasieten die tijdens het wassen niet weggespoeld zijn worden alsnog van de veren weg gewreven.

De Mezen baden meerdere keren per dag. De kleine vogeltjes zijn dan ook gevoelig voor de warmte.