zondag 16 oktober 2022

Vijver in 't Arnoldspark op Landgoed De Utrecht

Wie op Landgoed De Utrecht tussen de Torendreef en de Prins Hendriklaan - vlak bij de provinciale weg - eens een wandeling heeft gemaakt door het 't Arnoldspark dat bij het kantoor, genaamd 'De Toren', weet waarschijnlijk wel dat daar een grote vijver ligt. Het park is een veel bezochten plek binnen het landgoed. Het park kent ruim 350 verschillende boomsoorten.


De vijver nabij het hoofdkantoor van Landgoed De Utrecht aan de Torendreef en de Prins Hendriklaan, Esbeek.

Het Arnoldspark is genoemd naar Arnold Nengerman, directeur van 1910 tot 1938, en in 1939 aangelegd naar een ontwerp van tuinarchitect Peter Wattez (1871-1953). De stijl is ‘monumentaal’, wat wil zeggen dat het ‘voorname huis’ - in dit geval de houtvesterswoning - aan de kop ligt van de voornaamste as. Op 8 augustus van dat jaar werd de eerste boom geplant, genoemd naar prinses Irene die drie dagen eerder was geboren. Dit park wordt ook wel eens het Arboretum genoemd, naar de vele bijzondere uitheemse bomen die er zijn geplant. Het indrukwekkendst is de laan sequoia’s of mammoetbomen, die voor 71-jarigen toch flink uit de kluiten gewassen zijn. Deze boom wordt in Brabant ook wel ‘boksboom’ genoemd. De bast is zo zacht en soepel dat je er keihard tegen aan kunt slaan zonder je handen te bezeren. De laan voert naar een haaks daarop liggende vijver, vroeger in gebruik om hout in te wateren.

Niet ver van de vijver is een grafmonument van Hanna, het driejarig dochtertje van Houtvester Cornelius Sissingh die in de (andere) vijver voor zijn huis op 22 maart 1910 verdronk. Het monument draagt de naam 'Sissingh-graf'. Het goed verscholen grafmonumentje is een twee meter hoge granieten zuil in de vorm van een obelisk.

Monumentale bomen op landgoed De Utrecht in Esbeek
In de tuin van de voormalige brandtoren staan een paar mammoetbomen waaronder één groot exemplaar. Als je even verder loopt kom je uit in het Arboretum of Arnoldspark. Hier zijn de mammoetbomen in laanvorm aangeplant: een graslaan van ongeveer 750 m lengte met aan beide kanten reuzenconiferen. De meeste bomen in het arobretum Arnoldspark zijn aangeplant in 1939. Niet alle bomen in de laan zijn overigens mammoetbomen, er staan hier en daar ook Japanse ceders (Cryptomeria) tussen.

De bomen
Voor de Tulderhoeve: Hollandse linde (Tilia × europaea)
Arboretum Arnoldspark: Mammoetboom (Sequoiadendron giganteum) - 6 stuks, Atlasceder (Cedrus atlantica) - 1 stuks, Westelijke hemlockspar (Tsuga heterophylla) - 1 stuks en Sikkelcipres (Cryptomeria japonica) - 2 stuks
In de tuin van de brandtoren: Mammoetboom (Sequoiadendron giganteum)
Bij de boerderij: Mammoetboom (Sequoiadendron giganteum)
Tuin woning Prins Hendriklaan 16, hoek prov.weg N269.: Moeraseik (Quercus palustris)


Links; een sparrenappel met daarop Sparrenkegelzwammetjes, rechts; zwammen de Parelamaniet paddenstoelen, aan de rand van de vijver.

De sparrenkegelzwam (Strobilurus esculentus) hoed is bolrond, bruingrijs en bereikt een doorsnee van 1 tot 3 cm. Hij komt ook voor in gebroken wit of bruinzwart. De witte lamellen zitten dicht op elkaar, en vertonen golvingen. De sporen zijn wit. De stam is bruinachtig grijs met een bleke top.

De parelamaniet (Amanita rubescens) heeft een 3 tot 15 cm brede, gladde hoed van de paddenstoel is vleeskleurigbruin tot roodbruin en bedekt met witachtige tot felrode stippen afkomstig van het velum. De stippen kunnen door de regen eraf spoelen wat de herkenbaarheid doet afnemen. De jonge hoed is bolrond en wordt later gewelfd tot vlak. De rand van de hoed heeft geen ribbels.