zaterdag 16 februari 2019

Sijsjes zoeken voedsel naast een rietkraag

De sijs (Spinus spinus synoniem: Carduelis spinus) is een zangvogel van de familie der vinkachtigen. In Nederland was de sijs vooral een wintergast, maar sinds de tweede helft van de 20ste eeuw broedt hij ook in Nederland.

Sijsjes zoeken voedsel naast een rietkraag. Op het water liggen nog zaden die daar opgewaaid zijn.

In de winter wordt de sijs regelmatig aangetroffen op vetbollen en netjes met pinda’s in de tuin. Sijzen opereren dan veelal in kleine groepjes, en gedragen zich enigszins als mezen: ondersteboven aan de vetbollen hangend. Ze zijn zo groot als een pimpelmees, maar veel duidelijker geelgroen gekleurd, vooral de volwassen mannetjes, die een zwarte kruin hebben. De vlucht is opvallend: gele vleugelstreep en gevorkte zwarte staart, met geel aan de zijden.

De lengte van kop tot staart is ongeveer 12 centimeter. Volwassen mannetjes zijn geelgroen met een zwarte kruin en kin, de rug is geelgroen - zwart gestreept. De buik heeft in tegenstelling tot de groenling een duidelijk onderbroken gestreept uiterlijk. De streep achter het oog en de stuit zijn geel. De gevorkte staart is zwart met geel aan zijden. De vleugel heeft een gele vleugelstreep. Het volwassen vrouwtje is veel minder geelgroen en de onderzijde is lichter en meer gestreept, de kop heeft geen zwart.

De juveniel is qua kleur gelijk aan het volwassen vrouwtje. Ze leven meestal in troepjes, dikwijls samen met barmsijsjes en putters.


De sijs zoekt voedsel op de mezenmanier, en hangt dikwijls ondersteboven. Hij slaapt soms ook zo. Hij eet zaden van naaldbomen, elzen, berken en andere bomen, knoppen en insecten. De sijs is in Nederland het hele jaar te zien. Buiten het broedseizoen (midden september tot april) is het een doortrekker en wintergast in soms zeer groot aantal. Het aantal broedvogels vertoont een grillig verloop in de tijd, het voorkomen draagt soms invasie-achtig karakter. In de jaren 1970 broedden in Nederland enkele tientallen exemplaren, rond 1990 was dit aantal 1800 - 2400 paren, maar rond 2007 wordt het aantal broedparen geschat op 500 - 1.200.

Link: waarneming.nl/167585206/