vrijdag 1 februari 2019

Besneeuwde Kruisberg en Moerbleek

We zijn vrijdag wakker geworden in een witte wereld. Een sneeuwfront trok vrijdagochtend vroeg vanuit België over onze provincie. De temperatuur lag vrijdagochtend nog rond het vriespunt, maar al snel steeg de temperatuur boven het vriespunt. De sneeuw was daardoor al snel van de bomen. Later werd het zelfs 3 graden boven nul op de Kruisberg en De Moerbleek.

Besneeuwde heide van de Moerbleek in Hooge Mierde. Jammer dat de zon weg bleef.

De Moerbleek op de Turnhoutsche Heide is een klein heidegebied waar de vergrassing is aangepakt door de toplaag af te plaggen. De resultaten van het afplaggen zijn echter beperkt, daar het gras, met name het pijpenstrootje, zich weer over een groot gedeelte van het gebied heeft uitgebreid. In de lente verblijft de Heikikker in dit gebied. De Turnhoutsche Heide is een deel uit van Landgoed de Utrecht. Het ligt in het zuidwestelijke deel waar het landgoed grenst aan het Belgische Poppel.

Sneeuw op de bomen en de velden.

Lang genieten van de sneeuw was het niet. Half voormiddag was de sneeuw al aan het smelten toen de temperatuur boven het vriespunt uit kwam. Voor het verkeer is dat goed, voor de mooie plaatjes niet.

De Kruisbergkapel in de bossen van Arendonk, op de rijksgrens met Hooge Mierde

De Kruisbergkapel kent een Nederlandse oorsprong. In 1648 werd de parochiekerk van Hooge Mierde van de katholieken ontnomen. De katholieken bouwden daarna in het buitengebied van het dorp een schuurkerk zodat ze toch een gezamenlijke plaats zouden hebben om hun geloof te kunnen belijden. De plaats waar de schuurkerk werd gebouwd was toen nog grondgebied van Hooge Mierde. Een grens tussen België en Nederland was er toen nog niet. Hooge Mierde en Arendonk waren tot aan 1830 Nederlandse dorpen. Sinds de onafhankelijkheid van België in 1830, loopt de landsgrens op 50 meter afstand van de kapel, waardoor de kapel sinds 1830 op Belgisch grondgebied staat. De schuurkerk werd later de Kapel van de Kruisberg.

Tijdens de oorlog van 1914-1918 werd de kapel door vandalen beschadigd en het kruisbeeld in de heide weggegooid, en niet door de Duitse soldaten. België was tijdens de 1e Wereldoorlog bezet door de Duitser, terwijl Nederland door haar neutraliteit gespaard bleef. Daar de Duitse bezetter, een onder hoogspanning staande grens barricade had opgericht langs het Kempisch kanaal, was het grensgebied tussen Arendonk en Hooge Mierde een soort van geneutraliseerde zone. De zogenaamde Dodendraad reikte vanaf Vaals tot aan de Noordzee kust.

Een kapelaan van Reusel vond het kruis en gaf het een plaats tegen de Reuselse kerk. Dit beeld heeft daar ook in de kerk gehangen, maar is al lang verdwenen. De beschadigde Kruiskapel raakte na 1918 steeds verder in verval totdat in de twintiger of dertiger jaren de resten voor afbraak werden verkocht. Van die oude resten, waaronder zich fraai bewerkte stenen bevonden, werd nabij het landhuis van de Kruisberg hoeve een stal gebouwd. De oude kapel zou namelijk groter geweest zijn dan de huidige, die in 1946 weer opnieuw werd opgebouwd.