donderdag 11 oktober 2018

Herfstwandeling door Annanina's Rust

Vanmorgen ben ik in Diessen wat herfstfoto's gemaakt op landgoed Annanina's Rust. Dat was in de maand oktober. vandaag, bijna een maand eerder in het jaargetijde, ging ik nog eens terug voor een paddenstoelen en zwammen zoektocht. Om alle zo goed als paden door het landgoed aan te doen, was de totale wandelafstand aan het einde opgelopen tot ruim 6 tot 8 km. Vanmorgen beperkte ik mij tot 4 km, dus moet ik het resterende deel nog eens afwandelen.
Annanina's Rust is een natuurgebied van het Brabants Landschap van 151 ha tussen Hilvarenbeek en Diessen. Het bestaat uit een oud landgoed met loof- en naaldbos. Annanina's Rust is in 1899 gesticht door Emile Huijsmans, die leefde van 1850 tot 1920 en die notaris was te Diessen. Het is vernoemd naar zijn maîtresse, een Russische, die een huisje had op het landgoed. Tegenwoordig is het landgoed bezit van het Brabants Landschap en is het vrij toegankelijk.

Zwavelzwam (Laetiporus sulphureus)

De zwavelzwam (Laetiporus sulphureus) is een zwam uit de familie Fomitopsidaceae. Het is een parasitaire zwam die onder andere op eiken groeit. Het is een heldergele tot baksteenrode zwam, die met name oude eikenbomen aanvalt in de zomer en vroege herfst. De zwam groeit echter ook op ander loofhout, en op eucalyptusbomen. Wanneer een boom wordt aangevallen door de zwam, ontstaat bruinrot, een schimmel waardoor het kernhout van de boom krimpt en bovendien roodachtig bruin verkleurt. De stam van de boom wordt langzamerhand steeds verder uitgehold. De vruchtlichamen van de zwavelzwam verschijnen niet elk jaar. De polyporen kunnen wel 10 kilogram zwaar worden. Als het vruchtlichaam ouder wordt, wordt het bros. Het vlees van de zwam is wit en sappig, oude exemplaren kunnen erg taai zijn.

Dennenvoetzwam (Phaeolus schweinitzii)

De dennenvoetzwam (Phaeolus schweinitzii) is een schimmel uit de familie Polyporaceæ die groeit op of nabij levende naaldbomen of stobben. Deze parasitaire schimmel is een veroorzaker van stamvoetrot. In nazomer of herfst brengt de zwam een vruchtlichaam voort, dat eenjarig is. Deze tot 30 cm. brede paddenstoel bestaat uit een waaier- tot trechtervormige hoed, meestal op een excentrisch geplaatste steel. De witte sporen zitten in buisjes onder in de hoed. Deze hoed is aanvankelijk fluwelig geel. Binnen enkele weken, als de paddenstoel volgroeid is, wordt de hoed kleverig van een uitgescheiden harsachtige substantie en wordt de kleur donkerder, tot zwart, aanvankelijk nog met zwavelkleurige rand. Uiteindelijk wordt het vruchtlichaam hard en geheel zwart.

Grote sponszwam (Sparassis crispa)

De grote sponszwam (Sparassis crispa) lijkt op een spons. De breedbladige sponszwam (Sparassis spathulata) lijkt op de grote sponszwam en komt voor op de wortels van loof- en soms ook op die van naaldbomen. De zwammen zijn 10 – 40 cm breed, 10 - 15 cm hoog en 2 –5 kg zwaar. Ze hebben een bloemkoolachtige structuur met veel, gelobde vertakkingen. De blad- tot breed spatelvormige lobben zijn gekroesd, glad en hebben bruinwordende randen. De aparte paddenstoelen vormen samen een holte. De grote sponszwam komt voor op zandgrond in open bossen aan de voet van boomstammen en op stompen van naaldbomen, vooral op grove den. Verder komt ze voor op larix, fijnspar en douglasspar. De paddenstoelen zijn van juli tot december te vinden, maar vooral in september en oktober.

Links; Zwerminktzwam - Coprinellus disseminatus, rechts; Kleverig koraalzwammetje - Calocera viscosa.

De zweminktzwam (Coprinellus disseminatus) is een algemeen voorkomende soort die vooral in grote aantallen te vinden is op stronken of aan de voet van loofbomen. Meestal komen ze boven in de herfst, maar zijn ook op andere tijden van het jaar te zien. De zwerminktzwam is een paddenstoel uit de familie Psathyrellaceae. De hoed is 5-10 mm hoog en is eikelvormig tot half bolvormig. Aanvankelijk is de paddenstoel geheel licht geelachtig bruin, maar later wordt de rand grijs. De hoed is gegroefd of gestreept, bijna tot de centrale schijf. Vandaar dat deze soort ook wel grijs streepklokje genoemd wordt. Er zitten heel fijne haartjes op de hoed, die enkel met een loep te zien zijn. De steel is 1-3,5 cm hoog en 1-1,5 mm dik. Deze is wit en teer. De lamellen zijn donkergrijs tot zwart en vervloeien nauwelijks. De sporen zijn zwart.

Het kleverig koraalzwammetje (Calocera viscosa) is een schimmel uit de familie Dacrymycetaceae. De soort leeft als saprofyt op sterk vermolmde stronken en stammen van naaldbomen. Het schimmelweefsel (mycelium) groeit in het hout. In de herfst worden de paddenstoelen (vruchtlichamen) gevormd. Hij is te onderscheiden van soorten uit het geslacht Clavaria door de taaie, geleiachtige samenstelling. De vruchtlichamen glippen gemakkelijk tussen de vingers door zonder te breken.

De kleverige koraalzwam komt voornamelijk voor op rottende stronken naaldhout. Het is een algemeen voorkomende soort. Het vruchtlichaam is 4-8 cm hoog en vertakt als een gewei of koraal. De kleur is opvallend oranjegeel. Bij het opdrogen wordt het vruchtlichaam hoornachtig en donkerder oranje van kleur.