vrijdag 23 april 2021

De Turkse tortel (Streptopelia decaocto)

De Turkse tortel (Streptopelia decaocto) is een duif die tegenwoordig vrij algemeen in Noordwest-Europa voorkomt. De Turkse tortel heeft een uitzonderlijk groot voortplantings- en verspreidingsvermogen. Ze kunnen tot wel vijf legsels per jaar grootbrengen, waarbij hun jongen zich over zeer grote afstanden kunnen verspreiden.


De Turkse tortel (Streptopelia decaocto)

Deze vogel heeft een licht beigegrijs verenkleed, met een zwart-witte nekband en een contrasterende zwarte iris. De snavel is relatief kort en de poten leverkleurig. In de vlucht vallen de lichte vleugelpartijen en buitenste staartpennen op. De staart is van onderen voor de helft wit. Het verenkleed is bij beide geslachten gelijk. De lichaamslengte bedraagt 31 tot 34 cm en het gewicht 150 tot 250 gram. Ze kunnen ongeveer 15 jaar oud worden.

De Turkse tortel bouwt een eenvoudig nest bestaande uit losse takjes die in elkaar gestoken een 'platje' vormen. In dat nest worden steeds twee eieren gelegd. Het broedsel mislukt regelmatig, maar door steeds weer opnieuw een nest te maken lukt het de meeste Turkse tortels eens per jaar jongen vliegvlug te krijgen. De Turkse tortel kan dan ook broedend worden aangetroffen in alle maanden van het jaar. Een ei is uitgebroed in 14-18 dagen en de jongen kunnen na 15-19 dagen uitvliegen. De jongen hebben in hun nek nog geen zwarte ring.


De vogel heeft een lang voortplantingsseizoen, hij kan zelfs 's winters broedend worden aangetroffen. Doordat tot vijf broedsels per jaar kunnen worden groot gebracht is snelle uitbreiding van een populatie mogelijk. Jongen uit een eerste legsel doen een paar maanden later zelf alweer mee aan de voortplanting. Er zijn weinig of geen vogels die zich zo snel kunnen vermenigvuldigen.

De jongen worden op het nest intensief beschermd doordat een ouder er lang (boven)op blijft zitten. Ook als de jongen "te groot" worden zal een ouder er nog vaak bij zitten. Eenmaal uitgevlogen beginnen de jongen al snel zelf eten te zoeken. Een week later maken de ouders zich alweer op voor het volgende broedsel.