woensdag 22 februari 2023

Groep trekkende Kepen foerageren in de tuin

Kepen broeden sporadisch in Nederland. Ze komen voornamelijk naar ons land om te overwinteren. In het vroege voorjaar keren ze daarom eer terug naar het hoge noorden, naar de Scandinavische en West-Russische gebieden. Vanmorgen zaten een aantal Kepen in de tuin waar ze een tussenstop maakte om even aan te sterken.


Groep trekkende Kepen foerageren in de tuin

Kepen zijn de noordelijke tegenhangers van onze Nederlandse vink. In Nederland broeden jaarlijks enkele kepen, maar veel zijn dat er niet. Hoe anders is het in het Scandinavisch Schiereiland, het Kolaschiereiland, Karelië en Finland, waar de keep een van de talrijkste broedvogels is. In de winter verblijven grote aantallen Scandinavische kepen in Nederland. De voorjaarstrek speelt zich af tussen half februari en half april, in sommige voorjaren iets later.

In de winter kunnen kepen vooral gevonden worden op akkers langs bosranden, beukenbossen en parken met beukenbomen. De zaden van de beuk vormen een van de belangrijkste voedselbronnen voor deze vinkachtige. De man zingt zijn territoriale lied, "kè-èèhhp" of "chèèèèèp". In de vlucht "kup-kup". Broedt in het zuiden (zuidpunt Noorwegen) vanaf medio mei, vanaf begin juli in het noorden (Stavanger). In Nederland zijn er slechts enkele broedparen. Heeft doorgaans één, soms twee legsels per jaar met 5-7, soms 4-8 eieren. Broedduur 11-12 dagen. De jongen verlaten het nest al als ze 11-13 dagen oud zijn.