De Witte kwikstaart is niet bang om vertrapt te worden als ze vlak bij de hoeven van de koeien naar larven zoeken.
De witte kwikstaart is een van de meest algemene broedvogels van Nederland. Vooral op het platteland. Op boeren erven en in weilanden zie je ze ook tussen de poten van koeien, paarden en schapen in de hoop dat die insecten of larven omhoog duwen. De witte kwikstaart beweegt voortdurend zijn staar op en neer. Broeden doen ze in schuren, nissen, onder dakpannen, maar ook in slootkanten. Meestal in de menselijke omgeving.
De witte kwikstaart kun je tegenkomen in min of meer open land: platteland, akkers, gorzen en slikken, graslanden, oevers, park en tuin, golfbanen, stedelijk gebied, industrieterreinen en op meer uitgestrekte weilanden. Overal waar insecten te vinden zijn. Tijdens broedtijd een voorkeur voor het kleinschalig cultuurlandschap. Bijna nergens in hoge dichtheden. Vanaf juli verzamelen zich groepjes, meestal jonge vogels, op plekken met veel voedsel. Ze slapen dan samen met enkele honderden vogels.
Zoekt meestal lopend op de grond voedsel. Rent voortdurend achter insecten aan, ook korte vluchtjes. Eet insecten, vooral muggen, vliegen, libellen, vlinders en hun larven. Kan meelopen achter ploeg of trekker op zoek naar een ongewerveld hapje.
Broedt van april tot augustus. Heeft één à twee nesten per jaar met meestal 4-6 eieren. Broedduur: 12-14 dagen. Nestelt vooral op het platteland, vaak op huizen, schuren of onder bruggen. De jongen zitten zo'n 13-14 dagen op het nest. Ze worden na het uitvliegen nog zo'n 4-7 dagen gevoerd door de ouders.