zondag 22 september 2019

Rood Bekermos onder de verdroogde heide

Vorig jaar kende we een nog warmere zomer als dit jaar, maar veel heidegebieden zijn nog verder achteruit gegaan. Binnen natuurgebied 't Zwartven in Hooge Mierde is de struikheide zo droog dat ze bruin geworden zijn. Ook de korstmossen, zoals het Rood Bekermos hebben daar last van. Vanmorgen zag ik alleen wat Rood Bekermos die half onder de stuikheide planten nog wat beschut stond.

De wereld van de kleine soorten, hier het Rood Bekermos

Bekermos is geen mossoort maar een korstmos, een samenlevingsvorm van een wier met een schimmel. Bekermos behoort samen met de rendiermossen en heidestaartjes tot de Cladonia-groep. Rood bekermos komt veel voor aan de randen van zandverstuivingen, die vaak omringd zijn door heide. Het is een halve tot anderhalve centimeter hoog. Rood bekermos verschilt van bekermos doordat het een roodgekleurde sporenvormende vruchtlichaam of apothecia heeft.

Rood bekermos is zonder twijfel het kleurrijkste voorbeeld uit de groep bekermossen: grijsgroene korstmossen met bekervormige structuren. Op de rand van de bekertjes zitten de knalrode vruchtlichamen. Hier vormt rood bekermos zijn sporen, net als paddenstoelen. Geen gekke vergelijking, want paddenstoelen zijn de vruchten van een schimmel (zwamvlok) en korstmossen bestaan ook grotendeels uit schimmel.


Cladonia (rendiermossen, bekermossen en heidestaartjes) is een geslacht van korstmossen van ongeveer 350 soorten, ongeveer 50 daarvan worden in Nederland aangetroffen, waarvan er 20 soorten op de Rode Lijst staan. Verschillende soorten rendiermos worden soms in een apart geslacht Cladina ingedeeld, maar genetisch onderzoek wijst er op dat ook deze soorten tot het geslacht Cladonia behoren. Het geslacht Cladonia wordt gekenmerkt doordat de vertakkingen zich hebben ontwikkeld uit spore-producerende structuren. De vertakkingen zijn hol, en hebben meestal een afwijkend gekleurd uiteinde.