maandag 9 september 2019

Zwarte Ooievaars op de Flaes

Ook de Zwarte Ooievaars zijn aan de najaarstrek begonnen. Zo komen er in onze omgeving groepen Zwarte Ooievaars overgevlogen en soms strijken ze neer bij een of andere moeras of heideven, zoals op de Flaes in Lage Mierde. Daar zoeken ze naar voedsel of hun energievoorraad weer aan te vullen voor de volgende vlucht richting het zuiden.

De zwarte ooievaar zijn hoofdzakelijke zwart met rode snavel en poten.

In Nederland wordt de zwarte ooievaar alleen op doortrek gezien en duikt steeds vaker op. In mei en in augustus worden de meeste zwarte ooievaars hier gezien. Vaak gaat het dan om niet-geslachtsrijpe dieren, die tijdens hun omzwervingen ons land bezoeken. Soms blijven vogels in de zomer in Nederland hangen. Een broedgeval is nog niet aangetoond.

De zwarte ooievaar heeft in tegenstelling tot de witte ooievaar in vlucht een opvallend zwarte hals en een witte buik. De zwarte bovendelen geven in de zon een groene en paarse gloed. Juveniel heeft geen rode poten en snavel maar grijsgroene. In vlucht kan hij minutenlang zeilen op thermiek zonder zijn vleugels te hoeven bewegen.


Trekkers komen waarschijnlijk vooral uit de westelijke delen van het verspreidingsgebied, van Denemarken via Noord-Duitsland tot in Tsjechiƫ. De voorjaarstrek loopt van half april tot eind mei. Meer kans op waarnemingen tijdens de najaarstrek. Van juli/augustus tot in september/oktober. Vaak solitaire vogels of een klein groepje, soms meer. Ze zouden overal te zien kunnen zijn, maar het meest aan de kust en op hoge gronden. De vogels die zomers blijven hangen, kiezen voor rustige hoogveengebieden en open agrarisch gebied.

Omdat zwarte ooievaars voornamelijk vis en amfibieƫn eten zijn ze hoofdzakelijk te vinden in ondiepe plassen in besloten landschappen, op zoek naar prooi.