Met een kraan wordt de veenlaag afgegraven, die dan wordt afgevoerd met twee tractoren met zandwagens.
De 'venachtige laagte' is weer ontgraven en de steilranden naar het omliggende bos zijn weer vloeiend gemaakt voor heideontwikkeling. Planten- en diersoorten die van deze maatregelen kunnen profiteren zijn kleine zonnedauw, moeraswolfsklauw, vinpootsalamander, rugstreeppad en venwitsnuitlibel. De werkzaamheden moeten half september zijn afgerond.
De bovenlaag van de bodem van het oude ven is licht vermest, omdat het jarenlang als grasland in gebruik was. Een grondlaag van maximaal zeventig centimeter wordt ontgraven, tot op de oorspronkelijke, voedselarme onderlaag. Het hele ‘gradiënt’ (geleidelijke overgang) van laag naar hoog wordt hersteld. Bovenaan de laagte is de ontgraving mogelijk slechts tien centimeter. Het is belangrijk om abrupte hoogteverschillen meer glad te strijken, want juist op deze geleidelijke overgangen komen de meeste natuurwaarden voor. De vrijkomende grond wordt grotendeels afgevoerd naar een naburig agrarisch bedrijf dat het goed kan gebruiken.
Links; een oude topografische kaart met het Zwartven en het Brouwketel ven uit 1852, rechts een kaart uit 1964 na de ontginning.
Tot ongeveer 1950 was de Brouwketel een hoogveenven in een groot heidegebied. Daarna veranderde het in een “venachtige laagte”. Het bleef herkenbaar als een laagte in het gebied, met nog enige mate van vochtigheid, maar er was geen sprake meer van oppervlaktewater, zoals bijvoorbeeld in het Zwartven wel het geval is. Omstreeks 1960 werden afwateringssloten gegraven en werd de Brouwketel meer in cultuur gebracht. Daarvoor werd grond in de laagte geschoven. Hierbij ontstond een steilrand van circa een halve meter. Sindsdien is de Brouwketel in gebruik geweest als grasland.
Door de laagte te herstellen ontstaat weer een nat, voedselarm gebied. Dit biedt kansen voor amfibieën, vochtminnende planten en heide. De Brouwketel kan een stapsteen worden voor verspreiding van soorten tussen Landgoed De Utrecht en het Beleven. Met het herstel van de laagte geeft Brabants Landschap invulling aan de natuurambities van de provincie in het kader van het Natuurnetwerk Brabant.
Het moet nog veel regen wil de waterstand hoog genoeg komen om het vennetje met water te vullen.
In de bosrand rond de Brouwketel zijn eerder dit jaar al wat naaldbomen gekapt, ten gunste van de eiken. Naaldbomen verdampen veel water en dat willen we juist vasthouden in de bodem. Bovendien kan nu meer zonlicht doordringen in de bosrand, waardoor een gevarieerde vegetatie ontstaat en dat trekt insecten aan.
Links; de zwarte streep komt van een oude sloot die door het terrein liep. Rechts; bij het afschrapen komt een oude drainageslang uit de grond.
Het werk wordt uitgevoerd door Fiers Luyksgestel. Dit project wordt financieel mogelijk gemaakt door de ‘Subsidieregeling Biodiversiteit en Leefgebieden bedreigde soorten’ van de provincie Noord-Brabant.
Links; de gekleurde kringen in het zand geven de zandlagen weer. Rechts; onder de smalle zwarte streek ligt een oude drainageslang.