De Kanten, een zandweg van Hulsel naar de naar de Neterselse dijk van Lage Mierde.
Na weer een warme week lijkt de herfst nu greep te krijgen op de natuur. vanaf gisterenavond tot vanmiddag heeft het ongeveer 20 mm geregend. Vanmiddag blijft het ook regenen. Vanmorgen was het een poos droog, maar dan moest je er wel vroeg bij zijn.
Tijdens de wandeling over zandwegen en bospaden zie je momenteel maar weinig paddenstoelen. Veel paddenstoelen die er een week geleden zo mooi bij stonden zijn door de warmte van de afgelopen week helemaal verwelkt. Maar ze zijn niet echt weg. Als de temperatuur niet weer gaat stijgen zijn er over een week weer genoeg paddenstoelen te zien.
Frietzak bekermos (Cladonia humilis).
Cladonia (rendiermossen, bekermossen en heidestaartjes) is een geslacht van korstmossen van ongeveer 350 soorten, ongeveer 50 daarvan worden in Nederland aangetroffen, waarvan er 20 soorten op de Rode Lijst staan. Verschillende soorten rendiermos worden soms in een apart geslacht Cladina ingedeeld, maar genetisch onderzoek wijst er op dat ook deze soorten tot het geslacht Cladonia behoren. Het geslacht Cladonia wordt gekenmerkt doordat de vertakkingen zich hebben ontwikkeld uit spore-producerende structuren. De vertakkingen zijn hol, en hebben meestal een afwijkend gekleurd uiteinde.
Frietzak bekermos is een van de Cladonia familie. Vanwaar de naam? De bekertjes van deze kostmos lijken op frietzakjes, zo heeft men dat bedacht bij het naamgeven van de soort. Maar dan moet wel de juist verbeelding in je opkomen. Er zijn wel meer bekermossen. De bekendste zijn Bruin bekermos, Rood bekermos en Groen bekermos. De meeste groeien op arme grond (zoals zandverstuivingen), en op rottend hout.
Een bijzondere groeivorm van deze wilg. De tak lijkt weer met de stam te zijn samengegroeid.
Geschubde inktzwam (Coprinus comatus) in het natte gras.
De geschubde inktzwam (Coprinus comatus) is een van de meest voorkomende van de honderd soorten inktzwammen (Coprinus) die in Nederland voorkomen. In de jeugd is de 5-15 cm hoge hoed van de geschubde inktzwam ei- tot klokvormig, wit met een lichtbruin, glad centrum en bedekt met grote, omgekrulde schubben. De hoed scheurt later vanaf de rand in en vervloeit tot zwart. De holle steel is 10-20 cm hoog met een lage, beweegbare, vrij snel afvallende ring. De lamellen zijn wit in de jeugd, later vanaf de rand verkleurend via roze naar zwart.
Vanaf mei tot in november is de geschubde inktzwam vaak in groepen te vinden op grond die pas is omgewerkt op akkers, weilanden, parken en wegbermen. Ook in de stad is deze paddenstoel veel gezien op bemest gras.