dinsdag 21 februari 2023

Vlaamse gaai is ook een goede imitator

De Vlaamse gaai is vogel die je overal tegen kunt komen. In de vrije natuur, in parken en struwelen, maar ook gewoon in de tuinen waar wat bomen en struiken staan. Zijn kleuren zijn opvallend, en zijn krassende roep is typerend voor deze kraaiachtige. Maar de Vlaamse gaai is ook een goede imitator. Hij bootst o.a. de Buizerd na, maar ook andere vogels en kan ook zingen. Zijn korte zang wordt met enige regelmaat herhaald. Dit hoor je het meest tijdens de paartijd.


De Vlaamse gaai in de tuin bij onze schuur en mijn fotohut

De Vlaamse gaai (Garrulus glandarius) staat bekend als een vogel die een krassend geluid produceert. Maar de Gaai is ook een goede imitator. De bekendste imitatie is die van een Buizerd. Dat doet hij om indringers uit zijn broedgebied te verjagen. Ook bootst hij kattengemauw na. Vanmorgen produceerde de Gaai een geluid dat ik al een aantal malen had gehoord maar niet thuis kon brengen. Deze keer heb ik het op video.


Vlaamse gaai met een imitatie roep

In de regel laat een Gaai minstens drie verschillende geluiden horen in zijn onopvallende, zachte zang. Niet te verwarren met zijn vele rauwe kreten. De meest bekende imitatie, die van de Buizerd, is maar in twee gevallen gehoord. De imitatie van mezen, de lijsterzang, het gekef van eekhoorntjes, kattengemauw en keffen van een hondje zijn minder bekend.

De Vlaamse gaai (Garrulus glandarius), die tegenwoordig Gaai genoemd dient te worden, is een opvallend gekleurde kraaiachtige. De wetenschappelijke naam van de soort werd als Corvus glandarius in 1758 gepubliceerd door Carl Linnaeus. De gaai is 32 tot 35 cm lang. De nominaatvorm van de vogel, die onder andere in de Benelux voorkomt, is overwegend grijsbruin met een roze tint. De keel, onderbuik, anaalstreek, de stuit en een gedeelte van de handpennen zijn wit. Kenmerkend zijn een brede zwarte snorstreep en een blauw vleugelveld dat bestaat uit lichtblauwe veertjes met daarin een fijne, zwarte bandering. De vogel kan bij opwinding de kruinveren opzetten, deze zijn afwisselend licht van kleur met zwart.


De Gaai, volgens vele mag je geen Vlaamse gaai meer zeggen of schrijven. Het was Commissie Systematiek Nederlandse Avifauna die het "Vlaamse" er af haalden. En, ja. De gaai komt ook andere regio's voor dan in Vlaanderen. De Gaai is een vogel die in bijna heel Europa, een deel van Noord Afrika, tot ver in Azië voorkomt. Maar het lijkt mij daarom nog niet nodig om eeuwen lange gebruikte namen aan de kant te schuiven. Immers, in het Engels heet onze gaai ook geen gaai, maar Jay, specifiek "Eurasian jay". In Duitsland heet hij Eikeleter ("Eichelhäher"), en in het Frans "Geai des chênes". Een naam is over de gehele wereld het zelfde, n.l. "Garrulus glandarius". Maar dat is de wetenschappelinge naam.

De naam (Vlaamse) gaai komt vermoedelijk van het Picardische Gai en het latere officiële Franse Geai. Voor de oorsprong van Vlaamse in Vlaamse gaai bestaan meerdere theorieën. Een mogelijke verklaring is dat het Franse gai flammant, de gaai met de flamende kleuren, verbasterd werd tot Vlaamse gaai. Een andere mogelijkheid is dat de naam komt van "in het Vlaams gaai" omdat de vogel in Wallonië eerder een naam, "gay", zou hebben gekregen dan in Vlaanderen.

Op sommige plaatsen wordt de gaai ook wel "meerkol" genoemd. Deze betekenis komt van Marcolf, een mythische grappenmaker uit onder meer de sage Salomon ende Marculphus. In een vogel die andere vogels nabootst zag men ook een lolbroek. In de Kempen wordt deze vogel ook wel "rotzak" of "roeter" genoemd. In het Limburgse Nieuwstadt wordt de aan Marcolf verwante naam Mêrkuf gebruikt.