De paaltjes op de Prins Hendriklaan in Lage Mierde blijven staan. De rechtbank in Den Bosch wijst de claim van de gemeente Hilvarenbeek af. Laatstgenoemde is tegen die versmalling van de weg dwars over Landgoed De Utrecht. Daardoor moet vrachtverkeer namelijk omrijden. Het verbod voor zwaar verkeer op de Prins Hendriklaan bestaat al jarenlang, maar dat werd alleen via een verkeersbord kenbaar gemaakt. Omdat zwaar verkeer de weg toch gebruikte, en kapot reed, ging de rentmeester van De Utrecht over op een wegversmalling.
Dit werd in 2020 een twistpunt tussen de gemeenten Hilvarenbeek en Reusel-De Mierden. Die laatste vond het namelijk prima dat de weg in Lage Mierde werd versmald. En nam een verkeersbesluit om dat officieel te regelen. De rechtbank geeft Reusel De Mierden daarin nu gelijk. Het verkeersbesluit blijft in stand. De weg dwars over het landgoed wordt veel gebruikt door fietsers en recreanten te voet. De laan is nu veiliger voor dit langzame verkeer en dat past binnen het landgoed dat veel door recreanten wordt bezocht.
Kernen zouden klappen opvangen
Hilvarenbeek voerde aan dat het zware verkeer alternatieve routes neemt, waarschijnlijk door de kernen van Esbeek en Hilvarenbeek. Dat is echter niet onderbouwd, constateert de rechtbank. Bovendien zijn die andere routes verhard en geschikt voor zwaarder vervoer. De rechtbank vindt daarom niet dat Reusel-De Mierden daar rekening mee moest houden. Overigens krijgt Hilvarenbeek op één punt wel gelijk. Het oude verkeersbord gold alleen een verbod voor vrachtverkeer en niet voor landbouwmachines. Het verkeersbesluit van Reusel De Mierden weert meer verkeer dan voorheen. Dat verandert de zaak niet, wat de rechtbank betreft. Het college wilde een einde maken aan het negeren van het verkeersbord om daardoor het gebied veiliger te maken.
Hilvarenbeek kan nog in hoger beroep bij de Raad van State. Dat zou de volgende stap zijn in het juridische traject. Dat startte met een bezwaar, daarna besloot de rechtbank in Den Bosch dat het beroep van Hilvarenbeek niet ontvankelijk was. Vervolgens oordeelde Raad van State dat de rechtbank onterecht technisch-juridische redenen had aangevoerd. Daarom heeft de rechtbank in Den Bosch nu toch een inhoudelijk oordeel geveld.